Een eetbare tuin, is dat niet heel veel werk?

Gepubliceerd op 2 januari 2024 om 17:53

‘Heb ik wel tijd om een eetbare tuin te onderhouden?’ is een vraag die Tasty Biotope vaak krijgt. Natuurlijk heeft een eetbare tuin soms onderhoud nodig, net als iedere andere tuin. Maar een eetbare tuin is géén moestuin.

In een moestuin staan groenten, knollen en kruiden die eenjarig zijn; je zaait of poot ze in het voorjaar en in de seizoenen daarna oogst je heerlijke sla, wortels, bonen en aardappels. Hierna is de tuin weer kaal en kun je voor de wintermaanden een groenbemester inzaaien of de bodem afdekken met bijvoorbeeld stro. En dan is het een kwestie van wachten op de volgende lente om de cyclus van zaaien en oogsten weer opnieuw te starten.

Een eetbare tuin werkt met vaste planten. Deze zijn meerjarig; je zet ze in de grond en als ze de kans krijgen zullen ze jaren-, decennia- en soms eeuwenlang groeien en vruchten geven. Jaar na jaar kun je meer bessen, vruchten, noten, kruiden en eetbare bladeren voor je salade oogsten. En dat terwijl je er veel minder van je kostbare tijd in hoeft te stoppen.

Dat klinkt misschien gek, weinig tijd investeren en veel oogsten, maar toch is dat precies hoe het werkt. De truc is dat je in een eetbare tuin de processen in de natuur nabootst. In plaats van de natuur tegen te werken en de grond steeds kaal te maken, werk je met de natuur mee en help je juist een handje. Door de planten te laten groeien en een grote variatie in beplanting toe te staan, wordt het kleine ecosysteem in de tuin steeds rijker: niet alleen floreren de planten, maar er komen ook steeds meer vogels, vlinders, bijen, nuttige amfibieën en kleine zoogdieren.

Deze manier van tuinieren heeft veel voordelen; zo regelt de natuur de plaagdierbestrijding omdat je ruimte geeft aan koolmezen, egels en kleine salamanders die slakken(eitjes) en luizen opeten. De bodem in een eetbare tuin is bedekt met eetbare planten als aardbeien, lievevrouwebedstro en tijm en grotere planten zoals eetbare bloemen, kruiden en meerjarige groenten zoals eeuwig moes, zeekool en valeriaan. Op deze manier spoelt de bodem niet weg na een zware regenbui, droogt niet uit door felle zon en kan niet verstuiven bij harde wind. Dit beschermt het bodemleven dat ervoor zorgt dat de planten gezond blijven. Bovendien kan onkruid nauwelijks ontkiemen op een bedekte bodem en dat bespaart in het voorjaar en de zomer heel wat rondjes onkruid wieden.

Boven de beschermende laag van bodembedekkers en kruidachtigen groeien verschillende vegetatielagen met struiken en bomen. In een kleinere eetbare tuin is er ruimte voor een fruitboom zoals een appel, amandel of kaki met daarnaast een grote struik zoals een hazelaar of een grootvruchtige kornoelje. Eronder passen een aantal bessenstruiken: een honingbes, rode of witte bes en een appelbes. In een grotere eetbare tuin is er ruimte voor een kruinlaag boven de fruitbomen met walnoot-, pecan- en kastanjebomen. Door deze inrichting van de eetbare tuin kopieer je een natuurlijke bosrand, zoals dat in een voedselbos in het groot gebeurt. En in een bosrand bruist het van het leven!

Wat is een voedselbos dan precies? Een voedselbos is een officiële landbouwmethode waarbij geoogst wordt van bomen, struiken en andere vaste planten. Een voedselbos moet minstens een halve hectare (5000 m2) groot zijn (als de omgeving van het voedselbos ecologisch niet erg rijk is, wordt een minimumgrootte van 20 ha aangehouden) en op zijn minst drie vegetatielagen hebben. Als je een voedselbos hebt op agrarische grond dat aan deze definitie voldoet mag je jezelf dus boer noemen. Er komen steeds meer voedselbosboeren in Nederland. De grotere agrarische voedselbossen worden meestal aangeplant in systematische rijen om het oogsten te vergemakkelijken. Dit worden productievoedselbossen genoemd. Een ander type voedselbossen zijn botanische of romantische voedselbossen. Deze worden in organische vormen aangelegd naar voorbeeld van de natuur. De eetbare gewassen staan door elkaar waardoor oogsten tijdrovend kan zijn. Dit type voedselbos is vaak van particuliere eigenaren die niet van de inkomsten van de oogst hoeven te leven. Educatie en recreatie in het voedselbos kan wel een verdienmodel zijn.

Een eetbare tuin is dus een voedselbos in het klein. Het wordt daarom ook wel een voedselbostuin genoemd. Ook een eetbare tuin wordt ecologisch heel rijk en is waardevol voor de biodiversiteit. In een voedselbos is het ecosysteem echter groter, complexer en robuuster zodat er ook voedsel en een schuilplaats voor grotere dieren zoals bevers en uilen te vinden is. Deze dieren versterken op hun beurt weer het ecosysteem. Voor hen is één enkele eetbare tuin natuurlijk te klein om te kunnen leven. Een aantal particuliere voedselbostuinen of natuurlijke tuinen dicht bij elkaar, kan echter wel een groot verschil maken. Hier vinden grotere zoogdieren en vogels soms wel een thuis, zeker als er niet te veel menselijke verstoring is. Het mooie is dat iedere tuin, ook het kleinste perceel, kan worden omgetoverd tot een eetbare tuin!

Hoe zit het dan met het onderhoud, is dat niet ontzettend veel werk? Het antwoord is simpelweg: nee. In een eetbare tuin en een voedselbos blijft de bodem bedekt waardoor onkruid wieden nauwelijks hoeft te gebeuren. Bovendien ondersteunt de grote diversiteit aan beplanting een snelle groei van eetbare bomen en struiken. In een jonge eetbare tuin bestaat het onderhoud vooral uit het bijhouden van de looppaden en het vrijhouden van de nieuwe aanplant, zodat deze voldoende zonlicht krijgt. In een later stadium kan er soms snoei nodig zijn, maar veel eetbare beplanting kan zonder snoei.

Reden genoeg om de strakke bestrating uit de tuin te halen en te vervangen voor natuurlijke, eetbare beplanting!

 

Ook zin gekregen in een eetbare tuin? Bekijk dan ons cursusaanbod en start snel met je eetbare tuin of voedselbos.